Een jaar na de invoering van de Omgevingswet begint er enige beweging te komen in de zogenaamde Bruidsschat (voormalige rijksregels, o.a. voor vergunningsvrij bouwen, waar gemeentes, sinds de invoering van de Omgevingswet op 1-1-2024, zelf over gaan). De Bruidsschat stond na invoering van de Omgevingswet in principe in Hoofdstuk 22 van het gemeentelijke Omgevingsplan. Het is interessant om na ruim een jaar eens te kijken hoe de verschillende gemeentes hiermee omgaan. Tot nu toe hebben 11 van de 342 gemeentes veranderingen aangebracht in de bruidsschatregels. Samen met Bouwruimte.nl hebben we een en ander in kaart gebracht.
Er zijn grosso modo drie werkwijzen:
Hieronder in het kort, per gemeente, de verschillende wijzigingen.
In het Omgevingsplan van de gemeente Utrecht zijn de artikelen m.b.t. vergunningsvrije bijbehorende bouwwerken uit 22.27 en 22.36 verplaatst en samengevoegd in artikel 4.27 en 4.28. (verbod op dakterras staat in artikel 4.30). Overige regels mbt vergunningsvrij bouwen, zoals erfafscheidingen, staan in artikel 4.33 t/m 4.36. De regels zijn op het eerste gezicht ongewijzigd.
De gemeente Amsterdam heeft de artikelen uit Hoofdstuk 22 voor wat betreft vergunningsvrij bouwen verplaatst naar Hoofdstuk 5. Hele paragrafen van de Bruidsschat zijn dus niet meer te vinden in Hoofdstuk 22, maar staan alleen nog maar in het definitieve deel van het Omgevingsplan. Dat leest makkelijker omdat alles bij elkaar staat en het geen zoekplaatje is geworden. De regels zijn op het eerste gezicht ongewijzigd.
De gemeente Haarlemmermeer heeft relatief veel wijzigingen aangebracht. Deze gemeente kiest ervoor de regels van de Bruidsschat artikelen 22.27 en 22.36 te laten staan en de wijzigingen door te voeren via Hoofdstuk 5. Via deze regels worden de regels uit Hoofdstuk 22 geschrapt, verruimd of aangevuld. Om te weten wat voor wat betreft de omgevingsplan activiteit vergunningsvrij mogelijk is, moet men dus zowel kijken in artikel 22.27 en 22.36 als Hoofdstuk 5.
De gemeente Haarlemmermeer maakt onder voorwaarden meer vergunningsvrij, zoals dakkapellen en aanbouwen aan de voorkant en een verruiming van het maximale oppervlak vergunningsvrije bouwwerken en functionele ondergeschiktheid verder dan 4 meter vanaf het oorspronkelijke hoofdgebouw. Ook is een hogere erfafscheiding aan de voorkant mogelijk, mits deze bestaat uit gaaswerk en begroeiing. Kelders vallen hier ook onder maar let op, dit is bouwtechnisch nog steeds vergunning plichtig.
Alle wijzigingen binnen de gemeente Haarlemmermeer zijn hier na te lezen.
In de Bruidsschat is op enig moment Artikel 22.6 komen te vervallen. Een aantal gemeentes heeft alles daarom één artikel opgeschoven. Dus wat meestal in art. 22.27 staat, zie je bij deze gemeentes onder art. 22.26 staan. Dit geldt ook voor de regels in art. 22.36 die bij deze gemeentes onder art. 22.35 staan. Inhoudelijk is er niets aangepast. De gemeenten Aalten, Boekel, Leiderdorp, Borger-Odoorn, Zoeterwoude, Lelystad en Harderwijk hebben hiervoor gekozen.
De gemeente Groningen heeft de meest relevante regels mbt vergunningsvrij bouwen 10 Artikelen opgeschoven. Dus wat meestal onder artikel 22.36 staat, vindt men in het Groningse Omgevingsplan onder artikel 32.36. Hoofdstuk 32 met de titel Voorlopige Regels, dus deze gemeente zal wellicht nóg een keer tot een aanpassing komen. De regels zijn op zichzelf niet veranderd. Overigens is de gemeente Groningen ook de enige gemeente die al een zogenaamde pons heeft toegepast in de productieomgeving van het DSO. Deze pons houdt echter nog geen verband met de opgeschoven regels voor vergunningsvrij bouwen.
Bouwruimte.nl berekent voor alle percelen in Nederland het bebouwingsgebied en het maximale oppervlak aan vergunningsvrije bouwwerken. Daarbij wordt uitgegaan van de Bruidsschat zoals die in 2024 is overgegaan naar de gemeentelijke Omgevingsplannen, voorheen Bor Bijlage II, artikel 2. Voor vrijwel alle gemeentes gelden dus nog steeds dezelfde regels, ook al zijn staan ze soms op een andere plek. Bouwruimte.nl signaleert alle wijzigingen en past de rekentool daar indien nodig, en waar mogelijk op aan. Daardoor zijn de berekeningen, ondanks verplaatsingen of wijzingen van de Bruidsschat, nog steeds zeer betrouwbaar.